Zó leest u een Jaarrekening.

Tijdens het werkcollege ‘Zó leest u een Jaarrekening’  – 2 dagdelen – leiden wij u langs de vele opmerkelijke zaken die u kunt tegenkomen bij het doornemen van een jaarrekening.

Na de bijeenkomst kunt u of weet u:
– cdc
-scacs

Aan de orde komen o.a.:

  1. de inrichting van de jaarrekening – van beknopt naar detail –
  2. het balansbeeld
  3. de resultatenweergave
  4. de analyse van de resutatenrekening
    1. het operationele resultaat: ebit en ebitda
    2. netto-winst in relatie tot het eigen vermogen, totale vermogen en de omzet
    3. ebitda en de relatie met de financiering van de onderneming
    4. de betekenis van cash flow en kasstroom
    5. het belang van de brutowinst-marge
    6. de analyse van de balansposten
  1. de waardering van balansposten
  2. de goodwill
  3. het werkkapitaal
  1. het Dupont schema

De cursus vooronderstelt enige basiskennis van boekhouden en m.n. begrippen als:

  • het activeren van uitgaven
  • afschrijven (als kosten en als onderdeel van de kostprijs)
  • de boekhoudvergelijking en zijn expressie in een balans
  • het Eigen Vermogen en haar hulprekeningen (de resultatenrekening)

Wij gebruiken de volgende begeleidende literatuur:

  • Ferwerda Zó leest u een Jaarrekening
  • dcSDCsd